Patrick Tambay (1949 - 2022)
Met een Ensign N177 van Theodore Racing maakt hij zijn debuut in de formule 1 tijdens de GP van Groot-Brittannië en al in zijn tweede race scoorde hij een punt en zou dat jaar nog tweemaal in de punten finishen. Ferrari en McLaren boden hem een contract aan en hij koos voor dat laatste merk. Maar het bleek de verkeerde keuze, de wagens van het Britse merk bleken niet competitief en in 1979 scoorde hij zelfs geen enkel punt. Zonder stuur in de formule 1 voor 1980 keerde hij terug naar de CanAm waar hij een tweede titel pakte.
In 1981 kwam hij terug uit voor Theodore Racing in de formule 1 om in de loop van het seizoen over te stappen naar Ligier. In 1982 reed hij drie races voor Arrows alvorens te verklaren dat hij de formule 1 voor bekeken hield. Het plan was om terug CanAm te doen, maar de dood van Gilles Villeneuve in mei 1982 maakte dat hij door Ferrari opgeroepen werd om de Canadees te vervangen. Dat jaar won hij de GP van Duitsland en eindigde zevende in de eindstand. Het leverde hem een vaste stek op bij de Scuderia Ferrari. Hij won de Grand Prix in Imola en werd vierde in de eindstand maar voor 1985 werd hij bij Ferrari vervangen door Michele Alboreto.
In 1984 verving Tambay Alain Prost bij Renault maar beter dan een tweede plaats in Dijon kon hij niet doen. Hij eindigde elfde in de eindstand en dit was ook in 1985 het geval. Renault stopte dat jaar met de formule 1 en voor 1986 maakte Tambay de overstap naar Lola Haas. De wagen was echter niet competitief en een vijfde plaats in Oostenrijk was zijn beste resultaat. Tambay zei de F1 vaarwel en reed nog in Rally-Raid, het kampioenschap Sport-Prototypes (Jaguar) alsook in het IMSA (Bugatti). We zagen hem nog even terug voor de Grand-Prix Masters (2005 – 2006), waarna hij zich concentreerde op het coachen van zijn zoon Adrien.
Foto's: Georges De Coster
Tweet